Columns
Dit is de nieuwste column. Alle andere columns komen in de lijst hiernaast. Klik er op om het hieronder te kunnen lezen.
Maakbaarheid
Lammy Vriesinga., Oktober 2015
Over maakbaarheid gesproken..
Voor het eerst had ik de afgelopen week spijt van mijn belofte een column te schrijven. Na een stuk of wat opzetjes, liep ik telkens vast. Ik merkte dat er over maakbaarheid veel valt te zeggen, maar weinig te columnen, als je, zoals ik, niet goed weet wat je er mee wilt. Het enige dat ik ontdekte was dat het fenomeen maakbaarheid te vergelijken valt met Sinterklaas. Het hoeft niet te bestaan, om er toch in te kunnen geloven; hoewel sociale media de indruk wekken dat maakbaarheid de nieuwe religie is en zij wie zich niet als geslaagd en succesvol weten te profileren, dat uitsluitend aan zichzelf danken en dus losers zijn.
Kortom, de twee gezichten van maakbaarheid botsen en veroorzaakten een writersblock.
Maar dankzij Berend heb ik toch wat te melden.
Ik had hem een tijd niet gezien, maar herkende hem onmiddellijk.
Berend: ooit dakloos, verslaafd, een mond vol verrotte kiezen, zeulend met een plunjezak lege en halfvolle flessen, de ene keer schreeuwend, een ander moment sluipend in de schaduwen van de huizen.
Berend, die steeds behendiger werd in het omzeilen van al die handen die zich naar hem uitstrekten. Die mij, als geen ander, de onmaakbaarheid in onze samenleving heeft laten zien.
‘Dagelijks je portie methadon halen,’ adviseerde de verslavingspost, ‘dan heb je die ziekmakende rotzooi niet nodig. Alsof Berend niet al lang chronisch ziek was.
‘Wij helpen je met het vinden van een huis,’ vertelde de begeleider van de nachtopvang. Ook al werd Berend psychotisch van de muren, die als monsters op hem af kwamen.
‘Dan komt er wekelijks iemand die jou helpt met de huishouding en zo,’ liet zorgbemiddelaar weten. Maar zijn angsten kon Berend niet wegspoelen in een schoon en fris toilet.
‘Met een zorgindicatie kunnen wij je ondersteunen,’ opperde de casemanager. Alsof dat Berends schreeuwende behoefte aan verdoving teniet kon doen.
‘Wat meer structuur in je dagelijkse leven kan een terugval voorkomen,’ meende de maatschappelijk werkende. Maar Berend was al lang op de bodem van zijn bestaan belandt.
‘Je kunt meedoen met een workshop middelengebruik’ stelde ik voor. Het moet Berend als een verkooppraatje van TellSell in de oren hebben geklonken.
En nu kom ik hem weer eens tegen. Zijn rug gebogen onder langdurige eenzaamheid. De plunjezak verwisseld voor een supermarkttas, het versleten spijkerjack geruild voor een te grote, maar warm ogende jas. Zou het hem beter gaan, sinds bemoeizorg zich over hem ontfermd? Ik aarzel. Zal hij mij herkennen, als ik ‘ha, die Berend’ roep?
Dan stuitert een bemodderde voetbal in volle vaart over de stoep, rolt de goot in tot het in een berg bladeren tot stilstand komt.
‘Hé meneer,\' roept een jongen vanaf het trapveldje, ‘wilt u die bal teruggooien?’
Berend komt in beweging, neemt een aanloop en haalt links uit. Met een enorme boog belandt de bal over het hek, voor de voeten van de jeugdige voetballers. De jongens juichen. Berend grijnst. Als hij mij ziet, steekt hij een hand op.
Nu wordt hém eens iets gevraagd.
Lammy Vriesinga - okt 2015