Columns

Dit is de nieuwste column. Alle andere columns komen in de lijst hiernaast. Klik er op om het hieronder te kunnen lezen.

Baat het niet..?

Ton Heijboer, november 2016

Baat het niet..?
Lieve mensen, ik heb er wel een poosje mee in mijn maag gezeten,
met dit thema.
Het is wel leuk om “Baat het niet..?” op de poster te zetten,
maar het gaat wel over bidden. Zoveel als er vroeger werd gebeden in
`Christelijk Nederland´, zo weinig gebeurt het nu nog… zo lijkt het.

Ik ben er woensdagavond maar eens voor gaan zitten…
Normaal passen we dan op Bruno, onze kleinzoon.
Maar hij moest afgelopen woensdag voor de zoveelste keer naar het ziekenhuis.
De moderne communicatiemiddelen voorzagen ons in de loop van de middag al van foto’s: De speelkamer op de kinderafdeling was nog mooier dan de vorige keer… Sinterklaas bezocht het AMC en had cadeautjes meegebracht.
De goedheiligman was nauwelijks vertrokken, of hij was hij in druk gesprek met een stel cliniclowns. Kortom deze dappere vierjarige, had de middag van zijn leven.
’s Avonds zit ik - nog glimlachend om de foto’s - te schrijven aan deze column.
Hij is geen moment uit mijn gedachten. Ik zit eigenlijk constant… te hopen.
Te hopen dat de operatie donderdag goed zal verlopen.
Het wordt die avond een soort oefening in vertrouwen
vertrouwen op de kennis en kunde van dokters,
geloven in de liefde van zijn ouders, die hem
op moeilijke momenten zullen bijstaan.
Een operatie vindt hij geen probleem,
maar een prik krijgen, dat is pas erg.

Ik heb geen oog dichtgedaan en geen hand gevouwen;
geen moment de goede God verantwoordelijk gemaakt voor
het welslagen van die operatie… maar toch: hartstochtelijk gebeden.
Toen donderdagavond bleek dat alles goed was gegaan en Bruno zich een dapper ventje had getoond, was God nog steeds niet verantwoordelijk, maar wel degene bij wie ik mijn gevoelens kwijt kon: opluchting, dankbaarheid.

Ik ben er de man niet naar, om - al dan niet - in de lotushouding,
te gaan zitten wachten tot ik iets gewaar wordt.
Ik kan het best gewoon gaan zitten schrijven…
Bij het begin heb ik geen idee waar het heengaat…
Eenmaal achter de computer komen de verhalen vanzelf…
Ik vertel u een paar herinneringen.

Mijn werkzame leven begon ooit als leerkracht in het lager onderwijs:
klas 1, 2 en 3 op de tweemansschool met den Bijbel aan de Tweede Tol.
Die loopbaan eindigde 12 jaar later in de 4-5-6 combinatie van een oecumenische school in Zundert. Op die school zat een groep kinderen uit het naburige Rijsbergen, die we met een VW-busje ophaalden.

Ik durf gerust te zeggen, dat ik het goed kon vinden met mijn leerlingen.
Toch liep het op een dag gierend uit de hand. Waarom? Ik weet het echt niet meer! Tegen het eind van de middag was ik zo ontzettend boos, dat ik mijn
klas naar huis stuurde, zonder de dag op de gebruikelijke manier te besluiten.

De volgende morgen voelde ik in het busje al een zekere spanning.
In de klas zaten ze amper op hun plaats of er ging een vinger omhoog.
Gerda: “Meester, ik vind het heel erg, dat u gisteren aan het eind van de dag, niet met ons wilde bidden!” Het gesprek dat volgde, duurde tot de pauze.
Voor de kinderen was “samen bidden” een signaal, een teken: Het is goed tussen ons. We kunnen met een gerust hart uiteen gaan: Vaya con dios.

Dat we tegen half 11 het verdriet van de kinderen en de spijt van de meester in het ochtendgebed van de nieuwe dag konden verwoorden, beschouw ik - ruim 35 jaar na dato – als een van de pareltjes uit mijn onderwijscarrière.
Dat veroorzaakt nog steeds – zoals dat tegenwoordig heet:
een “kippenvalmomentje”

Een ander verhaal:
Ik ben buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand in Medemblik.
Een stel uit Urk trouwde op het kasteel. Tijdens het kennismakingsgesprek vertelde zij: We hebben u gekozen als ambtenaar, omdat we een wens hebben, die niet iedereen zal willen vervullen. Ik werd benieuwd. Vertel! We willen graag dat de plechtigheid begint en eindigt met… een gebed. We lazen op de website dat u pastor bent, dus wij dachten: die doet dat wel!
Ik heb het gedaan, maar begreep ook hoe opgelaten een burgemeester zich vroeger gevoeld moet hebben, als hij het verplichte ambtsgebed moest uit-spreken bij het begin van een raadsvergadering.

Voor mij is bidden… Proberen woorden te vinden om het leven zoals het zich manifesteert, te verwoorden op een wijze die verbondenheid hoorbaar maakt. Verbinding tussen de bidders onderling. Waar dat gebeurt, wordt God ervaren, als degene die hoort.

Ik zag onze beide andere kleinkinderen op een heel andere manier bidden.
Ik liep onverwacht binnen op een intiem moment: vlak voor het slapen gaan. Ze zongen ze hun liedjes van verlangen voor… Sinterklaas. Ze voelen die verbonden-heid met de goedheiligman. Ze hadden hun schoen gezet bij de deur…
Er zat een wortel in – een kleine offerande - en een briefje. Gebedjes…
Bij de een om een Barbie, de ander een prinsessenjurk.
Daar is niks mis mee… Ze zijn vijf en zeven.

Jammer is het dat het gebedsleven van menig volwassene, op dat niveau blijft steken: Het verlanglijstje. Ik ontwaar een pedagogische uitdaging:
Mensen helpen om het gevraag om Wat IK wil, om te zetten in
wat kan ik doen opdat: UW wil geschiedde.
Nog één herinnering. Een oude vrouw is klaar met het leven. Ze heeft haar levensverhaal verteld. “Het was mooi,” zegt ze, “maar het is genoeg geweest.” Ze moppert wat op haar schoonzoon, die arts is, maar niet kan helpen kan.
Ik: “We kunnen je nog niet missen in de gemeente. Jij met je kritische vragen,
je constructieve ideeën, je ontwapenend kwetsbare aanwezigheid.”
Ze weet dat ik het meen… en dat het waar is.
“Je moet met me bidden,” zegt ze.
Een gevoel van hulpeloosheid overvalt me. Maar ja, je bent pastor dus…
We vouwen onze handen en sluiten onze ogen…
“God, kijk ons hier nou zitten… Twee mensen, voor wie woorden te kort schieten om het gevoel van dit moment te uiten…
Twee mensen, die samen ervaren dat U dichtbij bent….

Samen bidden. Samen bezig met de wereld, een mooi maar bewerkelijk ding.
Samen bezig met het leven, de vragen, de ervaringen, religieus en politiek.
Die expliciete gebeden, met gesloten ogen en gevouwen handen,
zou ik graag reserveren voor van die heel speciale, persoonlijke momenten.
Maar helaas, dat kan niet altijd – want soms komen mensen van Urk en moet het omwille van de traditie, de gewoonte.

Mijn vriend in Burundi is predikant in een evangelische gemeente.
Hij heeft vaak geld nodig voor zijn projecten. Dan stuurt hij een mail…
Met vraag: Wil je voor ons bidden? Hij weet heel goed dat ik daar anders in sta dan hij. Hij weet dat er – achter de computer – wordt gebeden voor de armen, en vertrouwt erop, gelooft erin dat zulke gebeden niet zonder gevolgen blijven.
Baat het niet..? Jawel hoor… Ik heb ook vandaag doosjes bonbons mee.
Om kinderen naar school te laten gaan. Bidden…Zitten achter mijn toetsenbord, denken aan wie me lief zijn… verwoorden wat me bezig houdt… ontdekken:
He, ik bid, want ik wordt gehoord. Amen.

Reacties zijn gesloten.